Ik ben een optimist. Net geen techo-enthousiast, wel een techno-optimist. Wat wil je ook als je werkzame leven begon met vraagstukken rond ‘socially appropriate technologies for rural development’. 10 jaar ontwikkelingssamenwerking rond technologie voor duurzame verbetering van welvaart en welzijn in bepaalde delen van India en Indonesië: het doet wat met je. Zeker als je vervolgens op die thema’s kritische opleidingen en studies volgt, en als die internationale focus je werk en leven blijft inspireren. Nu, een kleine 30 jaar later, ben ik in de kern nog dezelfde mens, en sta ik als techno-optimist vlak voor mijn pensioen.
Ik zal jullie, mijn collega’s-op-stand in het I- en ICT-domein, niet vervelen met lange lijstjes die mijn professionele pad illustreren. Maar jullie begrijpen dat ik dus uit het pre-internet tijdperk stam. Als wetenschapper heb ik me vanaf de mid-tachtiger jaren ontwikkeld als constructief-kritische analist en ontwerper. Ik ben gepromoveerd als STS’er, Science & Technology Systems en in al mijn werk daaromheen nauw verbonden met de Universiteit Twente. Ergo, alle reden om niet alleen optimistisch te zijn. En toch blijf ik dat, zonder mijn ogen en hart te sluiten voor de onveilige wereld waarin we niet alleen leven, maar waarin we juist als data- en ICT-experts een belangrijke bijdrage kunnen leveren om de boel enigszins veilig te houden. Vandaar dus deze column: data en ICT in een onveilige wereld. Je zou ook kunnen stellen: data en ICT voor een veilige wereld.
In ons werkveld van data en ICT is het niet nieuw om te spreken over een vluchtige wereld. Woorden als ‘transformatie’ zijn niet van de lucht. Waar de oorspronkelijke ‘automatisering’ gericht was op nine to five processen, zijn we als onderzoekers en docenten al jaren onderweg om onze studenten en onze werkveldpartners te begeleiden richting een nieuwe realiteit. Inmiddels haalt die realiteit ons in, lijkt het. Geopolitiek verschuift er veel. Eindelijk brengt dat EU-lidstaten, uiteindelijk ook Nederland, tot het inzicht dat de afhankelijkheid van Amerikaanse platforms en Chinese apparatuur veel te groot is. Digitale autonomie is de talk of the town, maar nog lang geen werkelijkheid. Deze afhankelijkheid strekt zich uit tot OT: het waterbeheer, het drinkwaterbeheer, onze energievoorziening. Tegelijkertijd is er de oproep van de NATO en onze Rijksoverheid om het concept van de ‘Whole of Society’ voor Nederland op onze eigen wijze concreet te maken; inclusief uiteraard de informatievoorziening, de cyberweerbaarheid e.d. En ja, we hebben het begin van de ‘AI-transformatie’ nog niet eens gezien: juist voor een diensteconomie als de onze, kan het een slagveld worden, met name voor die grote aantallen vakmensen voor wie ‘nieuwe functies’ niet direct voor het oprapen liggen.
Dit alles ontvouwt zich terwijl de hybride criminaliteit en de hybride oorlogsvoering hand over hand toeneemt. Als lector Digitalisering en Veiligheid bij Avans, als bestuurder van het Centrum voor Veiligheid en Digitalisering in Apeldoorn, heb ik de afgelopen jaren the hard way mogen zien en leren waarover dit concreet gaat. We worden 24/7 aangevallen: ‘statelijke hackers’ weten de zwakke plekken in onze leveranciersketens, logistieke hubs, en zelfs in ons universitaire systeem te vinden. Criminele organisaties lopen op gebied van inzet van AI voor op publieke organisaties, ontwikkelen snel allerlei nieuwe vormen van phishing en hacking, en verdienen inmiddels meer aan digitale vormen van geld witwassen dan aan drugsproductie en -distributie.
Het is dus op een aantal terreinen alle hens aan dek. Niet alleen in de dagelijkse werkpraktijk, juist ook voor ons als praktijkonderzoekers en docenten.
En daarmee ben ik bij de crux van deze column: waar vind je de mensen en de middelen?
Het is dan ook goed nieuws dat op initiatief van het ministerie van EZ, directie Digitale Economie, een HCA ICT- en een HCA Cyber-agenda worden ontwikkeld. Voor de realisatie van de HCA ICT-agenda, grotendeels gestoeld op regionale aanjaagplannen, staat een groot aantal campagnes op de rol. Voor ontwikkeling van de HCA Cyber-agenda worden plannen verder uitgewerkt in vier ‘werktafels’ waarin wij als HBO-i en PRIO goed vertegenwoordigd zijn. EZ heeft al een eerste stap willen maken, door samen met SIA en PRIO een subsidieprogramma uit te werken dat gericht is op meerjarige subsidies voor de ontwikkeling van enkele publiek-private consortia die hand in hand praktijkonderzoek en learning communities ontwikkelen.
Een andere mooie ontwikkeling is de actualisatie van de nationale cybersecurity onderzoekagenda, de NCSRA IV. Waar de vorige agenda, een jaar of zeven geleden, volledig gedragen werd door universitaire wetenschappers, is het dit keer een echte coproductie geworden tussen universitaire en hbo-wetenschappers. De agenda wordt in juni aanstaande gepubliceerd. Een tipje van de sluier kan gerust worden opgelicht: thematische pijlers als ‘use’ en ‘respond’ krijgen veel aandacht. Typisch themagebieden waarin veel lectoraten en opleidingen actief zijn, en nu de kans krijgen om hun onderzoek en onderwijs uit te breiden en verder te verdiepen.
En, de hybride oorlogsdreiging en het appel op burgers en ondernemers om deel te nemen in ‘the Whole of Society’ maakt dat er ook voor ons als onderzoekers en docenten extra kansen komen. Er wordt hard gewerkt aan een reeks van 25 KIEM-projecten met Defensie, en aan de (door)ontwikkeling van minoren en curriculumonderdelen in het hbo en mbo.
Het NIPV, het Nationale Instituut voor Publieke Veiligheid in Arnhem dat alle veiligheidsregio’s met kennis, raad en daad terzijde staat, kent sinds kort een aantal nieuwe lectoraten die gericht zijn op datagestuurd werken en op nieuwe vormen van dataverrijkte vormen van crisisbeheersing. Dit levert nieuwe kennis- en onderzoeksvragen op die voor velen van ons uitdagend zijn om samenwerking met het NIPV te zoeken.
Het ministerie van Defensie heeft zojuist een eigen KIA gepubliceerd, die in wezen een instrumentarium voor industriebeleid vormt. Er is veel aandacht voor praktijkonderzoek en het versnellen van innovaties op het gebied van data, AI, post-quantum, in een reeks van toepassingsgebieden, van robots/drones en logistiek tot zorg.
Voor mij is de cirkel van mijn levenslijn rond als we als docent- en onderzoekersgemeenschap laten zien wat we waard zijn op het gebied van ethiek en maatschappelijke impact in bredere zin. Dit is dé kans om te laten zien dat we de samenleving veiliger kunnen maken met data en AI, veerkrachtiger, zelfredzamer.
Als pensionado blijf ik nog een steentje bijdragen als voorzitter van de Ethische Commissie Noord-Brabant, gedragen door de Brabantse centrumgemeenten. En als coördinator van de HBO Thematafel Veiligheid.
Graag tot ziens, in ieder geval op 8 mei bij de lectorale rede van Rick van der Kleij!
Ben Kokkeler, lector (emeritus) Digitalisering en Veiligheid bij Avans Hogeschool